Dit zijn de tien boeken waar we deze zomer naar uitkijken: van Mario Vargas Llosa tot Fernando Pessoa
Varia door Jochen De Vos
/ Illustratie: Jonathan De Vos
Leestijd:
Drie keer per jaar publiceren we op Karakters een lijst met daarin de boeken waar we het meest naar uitkijken. Van romans, non-fictie en verhalenbundels tot heruitgaven en mid-prices. In deze editie de meest opvallende boeken die gaan verschijnen in de zomermaanden. Met onder andere de nieuwe roman van Nobelprijswinnaar Mario Vargas Llosa, opvallende detectiveverhalen van de Portugese grootheid Fernando Pessoa en aandacht voor nieuwe heruitgaven van klassiekers als Sneeuwland van Yasunari Kawabata en Siddharta van Hermann Hesse.
Wil je graag op de hoogte blijven over deze (maar ook andere) boeken? Vergeet ons dan niet te volgen op Facebook, Instagram of Twitter. Ook kan je je inschrijven voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief. Nieuwsbriefabonnees ontvangen tweewekelijks een mail met de nieuwste artikelen, relevante boekentips en exclusieve winacties.
Onderaan het artikel vind je ook nog een lijst met eerdere overzichten van boeken waar we naar uitkijken (of intussen uitkeken). Ook vind je er een aantal andere overzichten terug met onder andere een overzicht van de meest opvallende avonturenromans die ooit verschenen zijn.
De nieuwe heruitgaven van Hermann Hesse (Siddharta, Steppewolf en Narziss en Goldmund verschijnen in juni bij De Bezige Bij)
Dat we met Karakters van klassiekers houden, hoeven we niet uit te leggen. We geven zelf drie ondergesneeuwde klassiekers per jaar uit en schrijven op regelmatige basis omvangrijke portretten over schrijvers die de wereldliteratuur hebben weten te vormen en veranderen, zoals Dante, Michail Boelgakov en Albert Camus.
Een uitgeverij die de klassiekers ook een warm hart toedraagt en wil dat deze gelezen blijven worden, is het gerenommeerde uitgeefhuis De Bezige Bij. Ook zij geven op regelmatige basis klassiekers opnieuw uit in een frisse vormgeving. Zo gaf De Bezige Bij onlangs nog Wachten op Godot uit van Samuel Beckett en verschenen er ook heruitgaven van onder anderen J.D. Salinger, W.G. Sebald en de eerder aangehaalde Albert Camus.
Nieuw in het rijtje zijn de belangrijkste werken van de Duitse Nobelprijswinnaar Hermann Hesse. In juni verschijnen Siddhartha, Steppewolf en Narziss en Goldmund. Drie romans uit zijn omvangrijke oeuvre die volgens het Nobelprijscomité Hesses ‘diepgang en stoutmoedigheid’ illustreren.
Siddharta heeft sinds het boek in 1922 verscheen de levens van miljoenen lezers beïnvloed. Deze roman, die oosterse en westerse spirituele tradities verbindt met psychoanalyse en filosofie, vertelt het verhaal van een Indiase brahmanenzoon die zijn leven na een ontmoeting met Boeddha wijdt aan het zoeken naar zijn ware zelf.
Steppewolf vertelt dan weer het verhaal van Harry Haller. Haller is een melancholische en eenzame man, een teruggetrokken intellectueel die weinig plezier aan zijn bestaan beleeft. Hij probeert een balans te vinden tussen het dierlijke in zichzelf en zijn rationele karakter, zonder toe te willen geven aan de door hem zo verachte burgerlijkheid.
Een van de meest geliefde romans van Hermann Hesse is Narziss en Goldmund. Deze roman vertelt het verhaal van een bewogen en ongemakkelijke vriendschap tussen twee mannen die elkaars tegenpolen zijn. Wanneer de intellectuele Narziss de confrontatie aangaat met zijn artistieke vriend Goldmund, weet hij hem te overtuigen zijn hart te volgen en zijn leven in het klooster vaarwel te zeggen. De jonge Goldmund trekt vervolgens de wereld in, op zoek naar schoonheid, genegenheid en spanning.
Claudio Magris, Donau (Verschijnt begin juli bij De Bezige Bij)
Donau is een moderne odyssee langs het kloppende hart van Centraal-Europa, waar het leven wordt beïnvloed door het Oosten en het Westen, door het christendom en de islam. De loop van de oude rivier volgend, van de oorsprong in de heuvels van Beieren, door Oostenrijk en Hongarije, via de Balkan naar de Zwarte Zee, voert Claudio Magris de reiziger langs landschappen waar een grote verscheidenheid aan volken en culturen hun sporen hebben achtergelaten. Magris neemt ons mee op zijn bijzondere tocht, verrijkt door ontmoetingen met de bevolking en geesten uit het verleden, van Ovidius tot Marcus Aurelius, van Kafka tot Canetti.
Donau maakte de Italiaanse schrijver Claudio Magris (1939) in een klap wereldberoemd en het boek zelf groeide in recordtempo uit tot een moderne klassieker. Naast schrijver is Magris recensent, vertaler en staat hij geboekstaafd als een van de belangrijkste nog levende filosofen. Voor zijn werk ontving Magris onder andere de Premio Strega en de prestigieuze Prins van Asturiëprijs, waarmee hij in een illuster rijtje komt te staan met namen als Leonard Cohen, Paul Auster en Günter Grass. Ook ontving hij in 2001 de Erasmusprijs, de belangrijkste Nederlandse prijs die jaarlijks wordt toegekend aan een persoon of instelling die een voor Europa buitengewoon belangrijke bijdrage heeft geleverd op cultureel, sociaal of sociaalwetenschappelijk terrein. Andere namen op deze erelijst zijn onder anderen Charlie Chaplin, Ingmar Bergman, Marc Chagall en meer recent Ian Buruma en A.S. Byatt.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief, blijf op de hoogte en win de mooiste boeken
Je ontvangt tweewekelijks een mail met de nieuwste artikelen, relevante boekentips en exclusieve winacties
Domenico Starnone, Geintje (Verschijnt in augustus bij Atlas Contact)
Is hij het of is hij het niet? Hoewel het nooit bewezen is, denken velen dat de Italiaanse auteur Domenico Starnone (1943) schuilgaat achter het pseudoniem Elena Ferrante en de wereldwijd populaire reeks De Napolitaanse romans. Deze beweringen worden in ieder geval gestaafd door acht internationale tekstanalisten en taalwetenschappers aan de universiteit van Padua die na grondig tekstonderzoek ook tot deze conclusie zijn gekomen. De romans en verhalenbundels van Starnone zouden meer dan opvallende gelijkenissen tonen op vlak van stijl, woordkeuze en kenmerkende emoties.
Geruchten die in 2017 extra werden gevoed door Atlas Contact bij de verschijning van Strikken, de tot voorheen laatste roman van Starnone. De uitgeverij liet zich toen op onder andere reclameposters betrappen op uitspraken als ‘Elena Ferrante is ontmaskerd en is een man’ en ‘Strikken leest als de literaire wederhelft van Elena Ferrantes Dagen van verlating’.
De vraag of Domenico Starnone achter het pseudoniem Elena Ferrante schuilgaat, zal wellicht nooit helemaal opgehelderd worden. Wel zegt het indirect iets over de kwaliteiten van de Italiaanse schrijver. Vergeleken worden met Elena Ferrante kan je namelijk best als een compliment beschouwen.
Nu verschijnt er met Geintje een nieuwe roman. In deze roman moeten de ouders van de kleine Mario naar een congres, of misschien hebben ze gewoon tijd met z’n tweeën nodig om ongehinderd ruzie te kunnen maken. Dus wordt hun kind overgelaten aan de zorg van een vrijwel onbekende opa. De oude, kwakkelende, ooit beroemde illustrator Daniele woont al jaren in Milaan, maar groeide vroeger op in de Napolitaanse woning waar Mario nu alleenheerser is. Tussen de vier muren van Danieles ouderlijk huis (waar bepaalde schimmen uit zijn jeugd nooit ver weg zijn) ontwikkelt zich in een tijdspanne van tweeënzeventig uur een vermakelijke machtsstrijd tussen een vermoeide, verstrooide opa en een vierjarige, wijsneuzige ondeugd. Ondertussen wordt Daniele bestookt door beelden uit zijn verleden, en houdt hij zijn hart vast wat betreft zijn toekomst.
Benieuwd of Geintje ons dichter bij Elena Ferrante zal brengen – of niet.
Het laatste deel Zomer uit de seizoenencyclus van Ali Smith (Verschijnt in juli bij Prometheus)
Zomer is de afronding van een imposant en bijzonder vierluik en vormt het vierde en laatste deel van de seizoenencyclus van de Britse schrijfster Ali Smith (1962). Een doordacht schrijfexperiment dat in 2016 begon met het voor de Man Booker Prize genomineerde Herfst.
Herfst gaat over de vriendschap tussen de 101-jarige Daniel Gluck en de 32-jarige Elisabeth. In Winter vieren vier mensen – twee oude zussen, een zoon van een van hen en een buitenstaander – samen kerst in een kast van een huis in Cornwall, ook al zijn ze eigenlijk vreemden voor elkaar. En in Lente wordt dan weer de verbindende factor tussen Katherine Mansfield, Charlie Chaplin, William Shakespeare, Rainer Maria Rilke, Brexit, het heden en het verleden gezocht.
Waar Zomer precies over gaat – alle delen uit de serie zijn los van elkaar te lezen en worden enkel thematisch en door de seizoenen verbonden – is nog onduidelijk, maar daar komt bij de verschijning ongetwijfeld verandering in.
Joseph Roth, Tarabas (Verschijnt in juni bij LJ Veen Klassiek)
Tarabas, zoon van een Russische grootgrondbezitter, neemt na een aanslag op de gouverneur van Cherson de wijk naar New York, waar een handlezeres voorspelt dat hij een ‘moordenaar’ en een ‘heilige’ zal worden. Als Tarabas na het uitbreken van de oorlog tussen Rusland en Oostenrijk naar Europa terugkeert om in het leger te gaan, komt het eerste deel uit: moordend trekt hij door het land en blijft dat ook na de vrede doen. ‘De oorlog werd zijn vaderland.’ Met een zelfgevormd regiment trekt hij het stadje Koropta binnen. Pas als zijn soldaten samen met de christelijke boeren een bloedbad onder de Joodse bevolking aanrichten, komt Tarabas tot inkeer. Hij legt zijn functie neer en trekt het boetekleed aan.
Deze roman van Joseph Roth uit 1934 geeft een indringend beeld van de situatie van de Oost-Europese Joden voor de Holocaust en behoort samen met onder andere Radetzkymars (1932) en Biecht van een moordenaar (1936) tot zijn belangrijkste werken.
Deze nieuwe uitgave van Tarabas moet een nieuwe impuls geven aan de populariteit van Joseph Roth. De laatste jaren is er door diverse uitgeverijen en onder toeziend oog van vertaalster Els Snick namelijk flink aan de weg getimmerd om alle werken van Roth weer systematisch beschikbaar te maken voor de lezer van nu.
Joseph Roth (1894-1939) was een Joods-Oostenrijks schrijver en is de auteur van belangrijke romans als Hotel Savoy (1924) en Radetzkymars (1932). De meeste van zijn werken geven je als lezer een bijzonder inkijkje in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw. Roth leefde jaren in ballingschap en verbleef in die periode ook in Oostende, samen met schrijvers als Stefan Zweig en zijn toenmalige geliefde Irmgard Keun.
De nieuwe roman Bittere tijden van Nobelprijswinnaar Mario Vargas Llosa (Verschijnt in september bij Meulenhoff)
Guatemala, 1954. Een militaire coup onder leiding van Carlos Castillo Armas, gesteund door de Amerikaanse overheid en de CIA, werpt de regering van Jacobo Árbenz omver. De aanleiding voor deze gewelddadige actie is een leugen die voor waar wordt aangenomen: Eisenhowers regering beschuldigt Árbenz van het promoten van sovjetcommunisme in Zuid-Amerika. De gevolgen hiervan zullen het lot van het hele continent radicaal veranderen.
Bittere tijden is een roman over internationale samenzweringen en belangenverstrengeling ten tijde van de Koude Oorlog, waarvan de echo’s vandaag de dag nog voelbaar zijn. Het is een verhaal dat meerdere landen omspant en waarin sommige vervolgers eindigen als slachtoffer van het complot dat ze zelf in gang hebben gezet.
Mario Vargas Llosa (1936) is een Peruaanse schrijver en werd in 2010 bekroond met de Nobelprijs voor Literatuur vanwege de manier waarop hij machtsstructuren in kaart brengt en zijn scherpzinnige beelden van het verzet, de opstandigheid en de nederlaag van het individu. Ook kreeg hij in 1994 de Cervantesprijs en behaalde hij maar liefst 57 keer de titel van doctor honoris causa aan de meest bekende universiteiten ter wereld. Vrijwel het hele oeuvre van Vargas Llosa is naar het Nederlands vertaald, waaronder zijn bekendste werken De vis in het water (1993), Het feest van de Bok (1996) en Het ongrijpbare meisje (2006). Met Bittere tijden, zijn eerste roman sinds het in 2017 verschenen Voor uw liefde, moet Vargas Llosa voor zichzelf een nog mooier plekje in de literatuurgeschiedenis weten te bekomen.
De Japanse Bibliotheek die Meulenhoff opnieuw lanceert met heruitgaven van Yasunari Kawabata & Kenzaburo Oë (Beide titels verschijnen in augustus)
Heuglijk nieuws voor alle liefhebbers van Japanse literatuur, want Meulenhoff geeft haar befaamde Japanse Bibliotheek een tweede leven. De eerste twee titels die in een nieuw jasje opnieuw uitgegeven worden, zijn niet toevallig de bekendste werken van de twee Japanse Nobelprijswinnaars: Sneeuwland van Yasunari Kawabata en Het eigen lot van Kenzaburo Oë.
Heb je Japanse literatuur in vertaling in je boekenkast staan? Dan is de kans heel groot dat het om een uitgave van Meulenhoff gaat. Het was namelijk dankzij de inspanningen van Meulenhoff dat er in de jaren zeventig en tachtig heel wat grote Japanse literatoren – van Junichiro Tanizaki tot Yukichi Fukuzawa – voor het eerst in het Nederlands verschenen. De serie stierf indertijd een stille dood, maar door de stijgende populariteit van Japanse literatuur (waar we met Karakters mede verantwoordelijk voor zijn door het opnieuw uitgeven van De poort van Soseki Natsume) blaast Meulenhoff nu toch nieuw leven in haar backlist.
Yasunari Kawabata (1899-1972) won in 1968 als eerste Japanner de Nobelprijs voor Literatuur. Kawabata stond bekend als ‘neosensualist’ die zich verzette tegen het realisme. Tot zijn bekendste werken behoren Duizend kraanvogels, De schone slaapsters en Sneeuwland. Uiteindelijk pleegde Kawabata in 1972 zelfmoord.
Sneeuwland vertelt het verhaal van Shimamura, een welgestelde toneelrecensent, die afreist naar het dorp Yuzawa om te ontsnappen aan het hectische Tokio. Nadat hij acht dagen in de bergen rond Yuzawa heeft doorgebracht, gaat hij naar een kuuroord en vraagt hij om het gezelschap van een geisha. Omdat alle geisha’s het druk hebben met een festival in het dorp, is Shimamura aangewezen op Komako. Deze jonge vrouw is pas net geisha geworden, en alleen maar zodat ze de dokterskosten van de zieke jongeman Yukio kan betalen.
Kenzaburo Oë (1935) ontving de Nobelprijs voor Literatuur in 1994. Door de vele reizen die Oë heeft gemaakt, werd hij sterk beïnvloed door het Westen. Een van de auteurs waarvan Oë veel heeft opgestoken, is Jean-Paul Sartre, die hij ontmoette in Frankrijk. Tot zijn bekendste werken behoren Seventeen, Voetballen in 1860 en het op zijn eigen leven gebaseerde Het eigen lot.
In Het eigen lot wordt de eerste zoon van Vogel geboren met een zeer ernstige hersenafwijking. De artsen laten hem beslissen of zijn zoon zal blijven leven of ze hem laten sterven. Hun eigen mening steken ze niet onder stoelen of banken. Van inlevingsvermogen is weinig sprake, alle artsen lijken alleen vanuit hun vakgebied geïnteresseerd te zijn in het kleine jongetje. Vogel schrikt enorm van het mismaakte kind; hij wordt er zelfs onpasselijk van en verafschuwt zichzelf hierom. Om het beeld van zijn netvlies te laten verdwijnen en de gedachten uit zijn hoofd te verbannen zoekt hij troost bij een oude vriend: de whisky. De dagen na de geboorte worstelt hij met de beslissing die hij moet maken. Hij wordt onder druk gezet en doet er alles aan om onder zijn verantwoordelijkheid uit te komen.
Fernando Pessoa, De ontraadselaar (Verschijnt in augustus bij Koppernik)
Fernando Pessoa was niet alleen de grootste dichter van Portugal, hij schreef ook korte verhalen, essays, toneelstukken en pamfletten, richtte kranten en tijdschriften op en ‘verdeed’ zijn tijd met het maken van plannen in cafés. Dat hij ook goed om zich heen keek in ‘zijn’ stad Lissabon, blijkt niet alleen uit het magistrale Boek der rusteloosheid, maar ook uit de detectiveverhalen die hij schreef.
Zoals Agatha Christie de Belg Hercule Poirot had, Arthur Conan Doyle moorden liet oplossen door Sherlock Holmes en Georges Simenon zich liet begeleiden door Maigret, zo liet Fernando Pessoa zijn ‘gevallen’ ontraadselen door de arts in ruste Abilio Quaresma, ‘gespecialiseerd in de algemeenheid’, zoals iemand hem karakteriseert in een van de verhalen. In deze uitgave worden met dank aan Harrie Lemmens voor het eerst vier van de detectiveverhalen over Abilio Quaresma in het Nederlands vertaald.
Fernando Pessoa (1888-1935) is Portugals beroemdste dichter. Pessoa publiceerde onder talrijke namen, ‘heteroniemen’, zoals Alberto Caeiro, Ricardo Reis en Alvaro de Campos. Zijn bekendste prozawerk, Boek der rusteloosheid, bestaat geheel uit fragmenten die na zijn dood werden opgediept uit de kist met nagelaten werk. Veel van het werk van Pessoa is nog steeds beschikbaar en werd vertaald door Harrie Lemmens en de betreurde August Willemsen.
Carmen Laforet, Nada (Verschijnt in augustus bij Orlando)
Nadat uitgeverij Orlando het werk van belangrijke vrouwelijke auteurs als Leonora Carrington, Muriel Spark en Jean Rhys opnieuw heeft uitgegeven, is het nu de beurt aan de Spaanse schrijfster Carmen Laforet.
Carmen Laforet (1921-2004) debuteerde op haar drieëntwintigste met Nada en verwierf meteen veel lof. Zo ontving ze de allereerste Premio Nadal, intussen uitgegroeid tot een van de belangrijkste prijzen binnen de Spaanse literatuur. Tot haar bewonderaars behoren schrijvers als Carlos Ruiz Zafon en de ook in dit overzicht besproken Mario Vargas Llosa, die een passend voorwoord schreef voor deze heruitgave.
In Nada verhuist de 18-jarige Andrea naar Barcelona net na de Spaanse burgeroorlog en vindt onderdak bij familieleden die ze al jaren niet heeft gezien. De beklemmende sfeer in het oude huis en het grote ‘niets’ waarin ze terechtkomt, staan in schril contrast met haar droom om te studeren, de vrijheid te vieren en onafhankelijk te worden.
Francoise Sagan, De hoeken van het hart (Verschijnt in juni bij Meulenhoff)
In De hoeken van het hart moet Ludovic Cresson na een zwaar auto-ongeluk, waarvan niemand had gedacht dat hij het zou overleven, laat staan helemaal zou herstellen, weer zien te wennen aan het leven thuis. De drie jaar durende tocht langs ziekenhuizen, revalidatiecentra en psychiatrische klinieken was zwaar voor hem, maar niet voor zijn vrouw Marie-Laure, die haar nieuwe rol als rijke weduwe maar al te graag omarmde. Ze vindt het verschrikkelijk om haar man nu weer aan haar zijde te hebben en wil van hem scheiden.
Hun prachtige huis is eigendom van Ludovics vader Henri, die er ook woont met zijn tweede vrouw Sandra. Henri heeft doorgaans weinig aandacht voor zijn gezin, maar als hij hoort hoe Marie-Laure zijn zoon op een avond bot afwijst als hij het bed met haar wil delen, besluit hij zijn zoon te hulp te schieten. Hij nodigt een prostituee uit om het zelfvertrouwen van Ludovic op te vijzelen. Hij is ervan overtuigd dat zijn plan het huwelijk van de twee zal redden. In afwachting van een groot feest dat op het landhuis zal plaatsvinden blijft ook Fanny, de aantrekkelijke moeder van Marie-Laure, een aantal weken logeren. Lang genoeg om de heren des huizes in verwarring te brengen en het precaire evenwicht in huis danig te verstoren.
Francoise Sagan, pseudoniem van Francoise Quoirez (1935-2004) behoort tot de belangrijkste romanciers van Frankrijk en maakt deel uit van de Nouvelle Vague-stroming. Sagan debuteerde in 1954 met het intussen tot klassieker uitgegroeide Bonjour tristesse. Deze roman werd in 1957 verfilmd. Sagan ontleende haar pseudoniem aan de Prince de Sagan, een personage uit Op zoek naar de verloren tijd van Marcel Proust, die ze zeer bewonderde. Haar werk werd naar het Nederlands vertaald door klinkende namen als Remco Campert, Hubert Lampo en Angèle Manteau.
Meer lijstjes en overzichten bekijken?
We publiceerden ook een overzicht met de leukste katten uit de literatuur. Als er één dier is dat de literaire pagina’s niet schuwt, maar zich er arrogant bovenop neervlijt en er parmantig doorheen wandelt, is het wel de kat. Japanse verhalen en katten zijn uiteraard onafscheidelijk, maar ook de Nederlandse literatuur zit er vol mee. In het overzicht onder andere aandacht voor de kat uit Kafka op het strand van Haruki Murakami en de duivelse kater uit De Meester en Margharita van Michail Boelgakov.
Naar aanleiding van het boekenweekthema ‘De moeder, de vrouw’ in 2019 maakten we een overzicht met interessante moederpersonages. In het overzicht onder andere het personage Marie uit Ik kom terug van Adriaan van Dis.
Eerder maakten we natuurlijk ook al overzichten met boeken waar we naar uitkijken om ze te mogen lezen. In ons vorige overzicht hebben we onder andere aandacht voor ons eerste boek De poort van Soseki Natsume en de heruitgave van De wijde Sargassozee van Jean Rhys waar we intussen een heel portret over schreven.