Zoek binnen Karakters
Present

Freshbet Casino

100% up to £1500 + Exclusive 33 FS by Promo Code:

Winner Dinner

NU SPELEN

De kleine boekhandel: Perdu

“Het voordeel van poëzie vergeleken met proza is ook dat het veel universeler is. Je zou je nu bij wijze van spreken nog kunnen vinden in een Chinees gedicht van 3000 jaar geleden.”
Gesprek door Maaike Broere
Foto’s: Lies Westerlaken

De boekhandel, een boekliefhebbers favoriete plek op aarde. In Nederland hebben we er honderden, zij het niet duizenden. Je vindt ze in alle soorten en maten. De grote commerciële ketens kennen we allemaal, maar er zijn zoveel meer winkels waar je boeken kunt scoren. Om de verborgen parels van Nederland te ontdekken, neem ik jullie elke maand mee naar een boekhandel. En niet zomaar een boekhandel, maar één met een mooi verhaal, een bijzonder doel of een jaloersmakende collectie.

Het is alweer de laatste dag van de Poeziëweek 2019. Een mooi moment om langs te gaan bij de gespecialiseerde poëzieboekhandel Perdu waar ik in gesprek ga met bureaumanager Ruben Ing die tevens verantwoordelijk is voor de zaalhuur en Alma Apt die als vrijwilliger in de winkel staat. Je zal misschien denken: zaalverhuur en een vrijwilliger? Dat klopt. Perdu is niet alleen een boekhandel, maar ook een kleine uitgeverij, een redactie en een theater. Op een directeur, bureaumanager, technicus en een brandmanager na drijft deze hele organisatie op de kracht van vrijwilligers met een groot hart voor poëzie.

Karakters: Hoe is Perdu ontstaan?

Ruben Ing: Het begon allemaal in 1984 toen oprichters Chris Keulemans en zijn toenmalige vriendin Agnes van Bruggen de deuren openden van hun kleine boekhandel De verloren tijd in de Amsterdamse Pijp. Deze zaak begonnen zij vooral uit liefde voor literatuur en omdat ze weinig geld hadden, gingen ze langs bij uitgeverijen waar ze beschadigde wereldliteratuur en marginalia opkochten. Vanaf de oprichting was het al een ontmoetingsplek voor liefhebbers van bijzondere literatuur en al snel werden er ook avonden georganiseerd waar werd voorgedragen en boeken hartstochtelijk werden besproken. Drie jaar na de opening veranderde De verloren tijd in Stichting Perdu. Om de sprekers op de literaire avonden een mooie beloning te geven werden er kleine boekjes (de Alfa-reeks) gemaakt – zo ontstond de uitgeverij. Na een tussenstop in een groter pand in de Kerkstraat, verhuisde Perdu in 1995 naar de Kloveniersburgwal waar we nu nog steeds gevestigd zijn. Deze locatie bestaat uit een theaterzaal, de boekhandel en een kantoor voor het theater en de uitgeverij.

Het begon dus allemaal met beschadigde wereldliteratuur en marginalia, wat verkopen jullie nu in de boekhandel?

Ruben: Sinds ruim tien jaar verkopen wij uitsluitend poëzie. Wat we in de winkel leggen, moet allereerst verkoopbaar zijn. Veruit de meeste bundels die we aanbieden komen bij andere uitgeverijen vandaan. Natuurlijk bieden wij ook de titels aan die we in eigen beheer uitgeven. Echter, we zijn een bescheiden kleine uitgeverij en geven daarom ongeveer twee titels per jaar uit. In 2013 zijn we begonnen met de Sporenreeks die vooral bestaat uit vertaalde experimentele poëzie.

Liggen alle boeken door elkaar of is er een soort sortering?

Alma Apt: Alles heeft wel echt zijn eigen plek. Op de middeltafel liggen de net verschenen bundels. Voor de rest ligt het vooral op taal. Nederlandstalige poëzie is altijd de basis geweest, vandaar dat die kast veruit de grootste is. Bovenin die kasten staan onze eigen bundels.

Ruben: Bij die sortering loop je vaak wel tegen van die typische dilemma’s aan. Zo hebben we bijvoorbeeld een dichter met een Arabische achtergrond die dan in het Nederlands over zijn geboortegebied schrijft. Dan zetten we de bundel toch neer bij Nederlands, omdat sorteren op verschijningstaal toch het makkelijkste is. Elke dag in de week staat er ook een andere vrijwilliger in de winkel. Zij moeten allemaal direct een titel kunnen vinden als een klant hiernaar vraagt.

De oprichters gingen langs bij uitgeverijen, hoe komen jullie vandaag de dag aan de boeken?

Ruben: We hebben geen aansluiting bij het CB waardoor we bij sommige uitgeverijen ook extra verzendkosten moeten betalen willen we titels op die manier ontvangen. Het meest ideale voor ons is als we – net zoals in de beginperiode – de boeken zelf op kunnen halen bij uitgeverijen. Bij enkele kleine uitgeverijen kunnen wij dit gelukkig nog doen. Poëzie is zo bijzonder en marginaal dat er een uitzondering kan worden gemaakt.

Hoe zijn jullie bij Perdu terechtgekomen?

Ruben: Ik ben hier in eerste instantie begonnen als vrijwilliger in de winkel. Dat heb ik met heel veel plezier gedaan en dat zou ik nog graag willen doen, maar nu heb ik hier een betaalde functie. Vroeger werd alleen de zakelijk coördinator betaald. Toen dit te veel werk werd is de structuur veranderd en kwam mijn functie erbij.

Alma: Ik heb de kunstacademie gedaan in Londen en toen ik terugkwam in Amsterdam had ik erg veel behoefte aan een kleinschalige plek waar interessante dingen werden gedaan met kunst en literatuur. Toen ben ik op een dag gewoon de winkel ingelopen toen er een vacature openstond. Vrij snel raakte ik in discussie over moderne Engelse poëzie. Ik vond het zo leuk dat dat gewoon kon dat ik er heel graag mijn energie in wilde gaan steken.

Wat voor soort mensen komen hier in de winkel?

Alma: Dat verschilt best wel. Je hebt klanten die heel veel weten van poëzie, die echt zijn opgevoed met de literaire traditie. Deze mensen – die vaak zelf in de kunstwereld zitten – komen ook vaak naar onze literaire avonden. Maar er komen ook weleens toeristen of studenten van de UvA die toevallig langslopen. Mensen die nog weinig weten of poëzie lezen en die dan juist heel graag willen weten waar en hoe ze moeten beginnen. Dat maakt het werk heel gevarieerd.

Wat doen jullie aan publiciteit om mensen te laten weten dat jullie winkel bestaat?

Ruben: We hebben verschillende websites: één voor onze literaire avonden en zaalhuurders en één voor de boekhandel waar klanten ook boeken kunnen bestellen. Daarnaast hebben we ook social media om onze evenementen te promoten.

Hoe ziet u de toekomst voor u?

Ruben: Goed. Je weet natuurlijk nooit hoe het gaat met de financiën, zeker met zo’n locatie in de binnenstad van Amsterdam. Daarbij komt ook dat wij grotendeels kunnen bestaan dankzij subsidies en de inzet van vrijwilligers. Maar ik ben er wel van overtuigd dat poëzie altijd zal blijven bestaan en uitgegeven zal blijven worden. Het voordeel van poëzie vergeleken met proza is ook dat het veel universeler is. Je zou je nu bij wijze van spreken nog kunnen vinden in een Chinees gedicht van 3000 jaar geleden.

Onder de jongeren wordt er ook steeds minder gelezen. Als u ze iets aan zou raden, welke vijf schrijvers zouden dat zijn?

Alma: Lieke Marsman is een dichter waar onze leeftijd vaak veel mee kan, ze is ook best bekend. Frank Keizer is daarnaast een hele toegankelijk dichter en het debuut van Obe Alkema, Obelisque, dat vorig jaar gepresenteerd werd bij Perdu, is een echte aanrader. Tot slot worden Kwaad gesternte van Hannah van Binsbergen en Habitus van Radna Fabias veel gelezen.